zaterdag 14 februari 2009

Een Roepende in de Woestijn


Het was voorwaar een vruchtbare dag, vandaag! Ik heb twee goede daden verricht en voor een zaterdag is dat voor mijn doen verdomd veel.

1.

Om 11 uur hebben we met de Leesgroep Georges Debunne in La Maison du Peuple met zijn vijven of zo drie uur zwaar gediscussieerd zoals dat onder linksen nergens in Vlaanderen nog gebeurt. Dat Maison du Peuple ligt dan ook in Sint-Gillis en dat is nog altijd integraal deel van het Brussels Gewest dat een région à part entière is, wat Vlaanderen ook aan wishful thinking poogt te doen. Over de wijze waarop werknemerscontrole op de werkplaats en de democratische politiek op gewestelijk of landelijk niveau op elkaar kunnen of moeten afgestemd worden. Helemaal niet zo utopisch als het lijkt. Bij mij wel, want ik ga al jaren niet meer werken, maar de andere aanwezigen zijn regelrechte ABVV-syndicalistische arbeiders of bedienden van vlees en bloed en die weten verdomd goed waarover ze het hebben. De tekst van 30 pagina's die ik begin september over "werknemerscontrole" schreef en die in december op de site van Comité Andere Politiek prijkte, is daar ondertussen reeds meer dan 1.000 maal gelezen. Amai, God hebbe hun ziel!

De leesgroep zou eind april moeten klaar zijn met een pittige tekst over werknemerscontrole die als "boodschap aan de bevolking" aan die bevolking kan worden overgemaakt. Dit betekent dat we nog twee maal samenkomen en that will be it!
Volgende samenkomst op 14 maart, 11 uur, in De Pianofabriek!

2.

Vandaag was het ook gans de dag een soort studiedag in De Markten, aan de Brusselse beurs, over "Van Crisis tot Crisis", georganiseerd door het Masereelfonds, het Vlaamsgezinde om niet te zeggen flamingante cultuurfonds van de eertijdse Vlaamse Kommunistische Partij (KP), die ondertussen, zoals het een kristenmens beaamt, weer verrezen is in dezelfde gedaante van Kommunistische Partij, zijnde de plus van de lijst PvdA+, die straks helaas of gelukkig zonder CAP, LSP en sp.a Rood aan de regionale verkiezingen in juni deelneemt.

En ik dacht: na tien jaar wil ik toch eens weten hoe het gesteld is met het jargon van onze Vlaamse marxisten en vooral pseudomarxisten (Marx beweerde van zichzelf dat hij in geen enkel opzicht een "marxist" was en ik ben het dus ook niet, ik ben een marxiaan!). U ziet: enige pretentie is me niet vreemd, want niets menselijks is me vreemd, zoals Horatius destijds keizer Augustus in de oren fluisterde. Na tien jaar dat soort samenscholingen niet meer te hebben bijgewoond (tenzij enige keren dat ik zelf langs voor zat) moet ik zo'n pijniging wel een uur kunnen doorstaan, dacht ik. Ik ging uiteraard niet om nog eens al die Fortis- en Kauftingverhalen te aanhoren, maar omdat ik op Facebook gemerkt had dat een paar fotogenieke friends van me op de Smoelenboek zich voor de "Van crisis tot crisis" ingeschreven hadden plus ook nog een paar Gentse vrienden die ik ook al in jaren niet gezien had.

Het programma voorzag uiteraard in de voormiddag een buitenlandse inleider (een Engelsman of een Aussie, zie je nu al in Brussel een Vlaamse vereniging die subsidies krijgt van het Vlaamse ministerie van Cultuur, Sport en nog Enige Andere Aangelegenheden, een Franssprekende uitnodigen!?), na de middagpauze "werkgroepen", dan rond 15 uur koffie en van 15u15 tot 17 uur al even uiteraard een panel tussen een viertal alweters.

Gelukkig trokken mijn leesgroepgenoten ook naar die Markten maar ik vreesde al van bij de aanvang het ergste. De deelnemers (een 50-tal bleek een kwartier later) hadden zich ergens op een 3de verdiep verschanst, 86 trappen dus! En zodra we de deur opentrokken van één of andere "spiegelzaal" stelde ik al meteen vast dat er geen fotogenieke dames te bespeuren waren, waarop ik binnensmonds vloekte. Het moet toen 14u30 geweest zijn, de tijd van de werkgroepen dus. We installeren ons achteraan en ik moest dus al meteen beslissen of ik zou doen alsof ik sliep of luisteren naar het gesprek tussen een vraagsteller en een alweter, Jo Cottenier, arbeidsexpert van de PvdA. De vraagsteller beweerde totaal voorspelbaar een verhaal dat ik al honderden keren gehoord had in mijn leven: "de arbeidersbeweging, de arbeiders moeten gemobiliseerd worden en dat wij ... en blablabla ... en de arbeiders moeten si en moeten la en wij en ons ..." Ik kreeg het al direct en ik kan zo al moeilijk mijn mond houden. Ik dacht: "het zal hier rap gedaan zijn." Ik zat schuin achter die taterende kameraad en schoof hem luid toe: "ja, de arbeiders, dat zijn de ANDEREN en wij, dat zijn WIJ zeker!" "Zwijg, Eric," trapte de kameraad terug, al kwam zijn (overigens vrij lelijk) gezicht me totaal onbekend voor. Maar hij begon toch te hakkelen, maar ik deed al alsof ik sliep. Dat deed ik ook als ouwe Louis Van Geyt het woord neemt, destijds de KP-voorzitter die tijdens de Koude Oorlog als volksvertegenwoordiger brieven van minister Harmel naar het Kremlin bracht, desnoods te voet, en andersom. Louis, die toch maar van een meer dan riant parlementair pensioen geniet, trok het al altijd heel lang en nu was hij, al had hij nu krukken naast zich, ook weer aardig op dreef over één of andere verloren geraakte resolutie van het Europese parlement dat bedrijven die delokaliseren de gekregen staatssteun zouden moeten terugbetalen (ook al duizend keer gehoord in mijn leven) en blablabla. Blijkbaar moet ik echt in slaap gesukkeld zijn, want plots was er gestoemel en stond iedereen op, ik ook dus maar (en herkende daarbij enige alte Kamerade).

Na de koffie (voor mij een blonde Leffe) en na een paar dames aangesproken te hebben om te zien of ze leken op die fotogenieke Facebook-dames, was het dus panel. Ellenlange vragen, ellenlange antwoorden over bank X en Fortis Y en Dexia Z. Louis Van Geyt herhaalde nog eens zijn 15 minuten lang betoog dat hij ook al in die werkgroep ten beste had gegeven. Er werd tot mijn opluchting ook Leffe geschonken tijdens de debatten: tiens, dat was vroeger bij de marxisten nooit het geval, toch niet in De Markten. Enfin, dat gaat zo een half uur door tot één der alweters vooraan stelde dat het de grootheidswaanzin van de bankiers was die al die miserie over ons had gebracht en dat de Staat het zaakje moest overnemen (tja, voor een marxist niet bepaald een verrassende stelling). Ik dacht: nu vraag ik het woord. Dat woord kreeg ik na een kwartier of zo, want eerst moest een spreker nog een vraag stellen in de vorm van een lang heel lang antwoord. De man met de micro duwde die micro voor mijn mond en ik zei:
"Ik zal een dwaze maar korte vraag stellen, uit beroepsmisvorming. Ik heb in mijn jeugdjaren de dwaasheid begaan psychologie te studeren, ja, dat gaat soms zo hé. Wel, daar zei iemand vooraan dat het de grootheidswaan van de bankiers is die al die ellende over ons heeft uitgestort en dat de Staat het zaakje in handen moet nemen. Wel, stel u voor dat die Staat aan een minderwaardigheidscomplex lijdt, wat dan?"
Algemeen gelach (de eerste en enige keer dat die dag in die Spiegelzaal gelachen werd) en de man vooraan keek alsof ik zot was of zoiets, nam in ieder geval geen aanstalten te antwoorden.
"Da's een serieuze vraag, hoor. Iedereen ziet toch dat deze Staat een minderwaardigheidscomplex heeft!"
"Ach ja natuurlijk, en blablabla..."
Waarop ik buiten een sigaret ging roken en genoot van mezelf. Terwijl ik langs de rijen aanwezigen heen liep, zag ik dat op slag veertien vrouwen en twee homo's verliefd op me geworden waren. En ik besloot nog meer te genieten.

Enfin. Zoals ik zei: een vruchtbare dag, en twee goede daden verricht. En op de terugweg heb ik frieten gegeten, ook al vijf of tien jaar geleden. De goden glimlachten aan de hemel.

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Zeer sterke blog. Uw opvattingen over de psychiatrie zijn volstrekt juist.

Anoniem zei

leuk verhaal Eric, ik heb zelfs daarvan genoten